Zeventwintig jaar geleden overleed zangeres Eva Cassidy (2 februari 1963 – 2 november 1996). Ze werd pas na haar dood beroemd, maar als het aan Mick Fleetwood (1947) had gelegen was dat al veel eerder gebeurd. De Fleetwood Mac-drummer was in de jaren 90 eigenaar van muziekclub Fleetwood’s in Alexandria, niet ver van Washington DC. Mick organiseerde luistersessies waarbij hij plaatselijke muzikanten ontmoette en Eva Cassidy was een van hen. Micks drijfveer is passie. Hij is niet geïnteresseerd in techniek en buitenkant. Hij wil worden geraakt, hij is op zoek naar schoonheid en drama. Zo vond hij Stevie Nicks en Lindsey Buckingham en zo ontdekte hij ook Eva Cassidy: ‘Haar stem was haar magische gereedschap en ze was een perfect bandlid. Emotioneel gezien herinnerde ze me de tijd dat ik speelde met Peter Green.’
Mick Fleetwood sprak met Eva en hij realiseerde zich dat ze zo puur was als sneeuw: ‘Als kristal! Maar ook eigenwijs; ze probeerde een platendeal te krijgen, omdat ze gezien wilde worden. In feite was ze op zoek naar iemand die haar begreep. Alleen, zo iemand was nergens te vinden. Ik zei: ‘Waarom speel je het spelletje niet gewoon mee?’ En zo kwam ze terecht bij platenmaatschappij Blue Note in New York. Het was duidelijk dat die mensen in haar muziek geloofden. Ze zagen de potentie. Maar het was hun eigen potentie en dat was niet zoals zij het voor zich zag. En dus keerde ze terug na een van die trips. Ik vroeg haar: ‘Hoe ging het?’ Ze antwoordde: ‘Er is helemaal niets gebeurd. Ik heb het pand verlaten en ik heb gezegd: Dit ga ik niet doen, ik ben niet geïnteresseerd.’ Ze wilden Eva ontdoen van haar wezen en ze wilden haar toegankelijker maken, maar voor haar was de vraag: Wat gebeurt er met mij? Wat gebeurt er met wat echt belangrijk is voor mij: mijn muziek?’
Ik ben er nooit weer over begonnen. Omdat ik me realiseerde dat hier voor haar de grens lag. Wat Blue Note wilde veranderen bleek uiteindelijk de weg naar haar eeuwige succes te worden en de waardering die haar muziek kreeg uit alle delen van de wereld. Haar persoonlijkheid was volledig gericht op haar muziek. Ze was een prachtige vrouw die zich op geen enkele manier opdofte of zich beter voordeed dan ze was. Ze wilde alleen maar zingen. Je hoeft niet per se briljant te zijn, maar ze was briljant en ze had dat kinderlijke, dat schitterende, die magie. Ze had het. Als ik naar haar keek, zag ik een vertolker van liedjes. Ze straalde kracht en overtuiging uit. Die liedjes waren overbekend. Ik vroeg haar wel eens: ‘Waarom wil je dat nummer zingen? Die is al gedaan door iedereen.’ En ze antwoordde: ‘Omdat het een goed lied is en omdat ik het kan zingen.’ Ze kende op dat gebied geen angst. En ze speelde het spelletje niet mee. Ze zong niet om een ander te behagen. Als het niet goed voelde, deed ze het domweg niet. Als ik kijk hoe Eva is ontvangen, hoe geliefd ze is geworden door haar muziek ben ik niet verbaasd, want ik weet dat die momenten echt waren. Toen ze zong realiseerde ik me: er gebeurt nu iets bijzonders!’
Laat een reactie achter